De speler plaatst gloeilampen in witte cellen, zodat er geen twee lampen op elkaar schijnen, totdat het hele raster verlicht is.
Een lamp zendt lichtstralen horizontaal en verticaal uit, waardoor de hele rij en kolom wordt verlicht, tenzij het licht wordt geblokkeerd door een zwarte cel.
Op een zwart vakje kan een getal staan van 0 tot 4, dat aangeeft hoeveel lampen er naast de vier zijden moeten worden geplaatst; Een cel met een 4 moet bijvoorbeeld vier lampjes eromheen hebben, één aan elke kant, en een cel met een 0 mag geen lampje naast een van de zijkanten hebben.
Een ongenummerd zwart vak kan een willekeurig aantal gloeilampen naast zich hebben, of geen. Bollen die diagonaal naast een genummerd vakje zijn geplaatst, tellen niet mee voor het aantal bollen.
Als een cel een diagonale lijn ("tweezijdige spiegel") bevat, moeten beide zijden van een spiegel verlicht zijn.
Een cel met een spiegel kan geen lamp bevatten.
Op een zwart vakje kan een getal staan van 0 tot 4, dat aangeeft hoeveel lampen er naast de vier zijden moeten worden geplaatst; Een cel met een 4 moet bijvoorbeeld vier lampjes eromheen hebben, één aan elke kant, en een cel met een 0 mag geen lampje naast een van de zijkanten hebben.